peninstellingen / plot style table

[Hansie]

beste mensen,

ik vraag om jullie hulp.
Ik heb problemen met de peninstellingen van Autocad 2006. 
Heb een eigen plot-style-table aangemaakt met verschillende lijndiktes, maar de juiste lijndiktes komen niet overeen met mijn instellingen.
Bijvoorbeeld pen color 1 (rood) moet pendikte 0,18 mm zijn, maar hij drukt me deze af alsof het een veel dikkere pen is.
Wat ook vreemd is dat twee lijnen van dezelfde layer en dus pendikte verschillende diktes kirjgen bij het afdrukken ervan.
Kan me iemand hierbij helpen en uitleggen wat allemaal moet worden ingesteld ?

zie bijlage

Mijn dank is groot. 

[bart]

Wat ook vreemd is dat twee lijnen van dezelfde layer en dus pendikte verschillende diktes kirjgen bij het afdrukken ervan.
Kan me iemand hierbij helpen en uitleggen wat allemaal moet worden ingesteld ?

ik ga er maar even vanuit dat de lijnen dan ook de zelfde kleur zijn .
(de laag heeft in het geval van een ctb eigelijk niets met de dikte van de geplotte lijnen te maken)

ik gok op 1 van de onderstaande oorzaken.
1 van de 2 is een pline met een dikte groter dan 0
onder 1 van de lijnen is een ander lijn aanwezig met een kleur die dikker wordt afgedrukt.

[Hansie]

Beste Bart,

allereerst bedankt voor je zeer snelle reactie.

Inderdaad waren sommige lijnen met polyline getekend.
Dit heb ik aangepast en inderdaad de lijnen zijn nu gelukkig even dik. Thanks super !!!   

wat bedoel je met: de laag heet in het geval van een ctb eigenlijk niets met de dikte van de geplotte lijnen te maken ?

ik heb layers aangemaakt met dezelfde kleur als in de bijlage, dus layer 1 is rood en heeft pendikte 0.18 mm.
Bij de peninstellingen pak ik dan rood is ook 0.18 mm.

groetjes

Hans

[jo-king]

wat bedoel je met: de laag heet in het geval van een ctb eigenlijk niets met de dikte van de geplotte lijnen te maken ?

ik heb layers aangemaakt met dezelfde kleur als in de bijlage, dus layer 1 is rood en heeft pendikte 0.18 mm.
Bij de peninstellingen pak ik dan rood is ook 0.18 mm.

indien je met CTB werkt (bij 80% van de autocad-gebruikers) gaat je plotstyle kijken naar de kleuren van je lijnen, niet naar de layers. (dit doet de tegenhanger STB)

wat wel is, is dat je manueel een lijn een andere kleur kan geven.
ook al staat een lijn bv op een layer met kleur rood, kan deze lijn de kleur geel hebben, en dus dikker/dunner geplot worden.

de plotstyle heeft ALTIJD het laatste woord, met uitzondering van de POLYLINE-WIDTH
dus de layer-lijndikte in je layermanager is nutteloos bij een goede CTB.

[Hansie]

Jo-king bedankt voor je reactie, super dat er mensen zijn die anderen helpen. thanks

effe als voorbeeld, stel ik wil alle rode pennen een dikte geven van 0.18 mm dan moet ik dus invullen zoals in hieronder bijgevoegde bijlage ?
Dus alles wat ik teken en zet onder layer rood, wordt in 0.18 mm afgedrukt. Bergijp ik dat nu goed ?

wat een gedoe zeg, hahahahaha 

[bart]

Jo-king bedankt voor je reactie, super dat er mensen zijn die anderen helpen. thanks

effe als voorbeeld, stel ik wil alle rode pennen een dikte geven van 0.18 mm dan moet ik dus invullen zoals in hieronder bijgevoegde bijlage ?
Dus alles wat ik teken en zet onder layer rood, wordt in 0.18 mm afgedrukt. Bergijp ik dat nu goed ?

wat een gedoe zeg, hahahahaha 

Nee je dringt nog steeds niet door tot de kern van het gebruik van een ctb
de ctb gaat uit van kleuren voor het afdrukken van de elementen

[jo-king]

Jo-king bedankt voor je reactie, super dat er mensen zijn die anderen helpen. thanks

effe als voorbeeld, stel ik wil alle rode pennen een dikte geven van 0.18 mm dan moet ik dus invullen zoals in hieronder bijgevoegde bijlage ?
Dus alles wat ik teken en zet onder layer rood, wordt in 0.18 mm afgedrukt. Bergijp ik dat nu goed ?

wat een gedoe zeg, hahahahaha 

even eerst:
de layer met benaming "rood" bestaat niet in jouw (voorbeeld) tekening; wel de layer die jij benaming "0.18" en de kleur "red" gaf. (toekennen van layer-lineweight hier is nutteloos!)

ter info:
standaard teken je alles op de kleur BYLAYER
zoals het woord doet vermoeden; zullen alle objecten die je tekent, de kleur krijgen van de layer.
alle objecten op jouw layer "0.18" zullen dus standaard rood zijn.
je kan wel elk object apart een andere kleur toekennen, zonder ze van layer te veranderen; door ze te selecteren, en hun kleur manueel aan te passen. (van BYLAYER naar bv YELLOW)
die kleur rood van je layermanager is dus meer een hulpmiddel, dan een wet.

CTB: color-dependent plot style table
je ctb zal kijken naar de kleur van je object; niet van je layer; tenzij je object op BYLAYER staat (waardoor het de kleur van de layer krijgt; en er dus alsnog naar de kleur gekeken wordt)

in je CTB zeg je rood plot in 0.05 pendikte.

eender welk object, op eender welke layer, in eender welke pendikte,  als het geen Polyline-width heeft, zal de KLEUR bepalen welke dikte je geplotte lijn krijgt!

snap je?

[Hansie]

Dus alles wat ik in layer 0.18 wordt afgedrukt in 0.05 mm ?

[jo-king]

Dus alles wat ik in layer 0.18 wordt afgedrukt in 0.05 mm ?

alles wat je tekent in de kleur ROOD wordt afgedrukt in 0.05

je kan meerdere layers aanmaken met de kleur rood.

en je kan objecten op de layer 0.18 hebben staan, die geforceerd zijn naar een andere kleur, en dus een andere pendikte.

en je kan polylines met een dikte hebben, die dus ook een andere plot-dikte krijgen

[Hansie]

Heej, goedemorgen, hahahaha 

het is me al een heel stuk duidelijker allemaal.
Misschien kun je me wel nog uitleggen wat de dingen allemaal betekenen in de plot-style-table.
Wat betekent bijvoorbeeld (en wat kun je ermee instellen):
- dither on/off
- grayscale on/off
- pen (automatic)
- virtual pen (automatic)
- screening (100)
- adaptive on/off
- line en style
- line join style
- fill style

alvast bedankt en nog een prettige dag verder.
tot horens.

[bart]

• Kleur
  
  Hiermee geeft u de plotkleur voor een object op. De standaardinstelling voor de plotstijlkleur is Use Object Color. Als u een plotstijlkleur toekent, wordt de kleur van het object bij het plotten vervangen door de nieuwe kleur die u hebt toegewezen.
  
  U kunt met de optie Select Color het dialoogvenster Select Color weergeven en een van de 255 ACI-kleuren (AutoCAD Color Index), een ware kleur of een kleur in een kleurenboek selecteren. De kleur die u opgeeft, wordt in de lijst met plotstijlkleuren als Custom Color weergegeven. Als de plotter de kleur die u opgeeft niet ondersteunt, wordt de beschikbare kleur gebruikt die het meest overeenkomt met de opgegeven kleur. Als de plotter een zwartwitplotter is, wordt de kleur zwart geplot.
  
  Enable Dithering
  
  Hiermee schakelt u rastering in. Als u op de plotter rasteren (dithering) inschakelt, worden patronen van puntjes gebruikt om kleuren te simuleren die niet in de AutoCAD Color Index (ACI) beschikbaar zijn. Als de plotter geen rastering ondersteunt, wordt de instelling voor rasteren genegeerd.
  
  Rasterpatronen worden vaak uitgeschakeld om te voorkomen dat bij het rasteren van dunne vectoren verkeerde lijntypen ontstaan. Als het rasteren wordt uitgeschakeld, worden vage kleuren vaak beter zichtbaar. Wanneer u het rasteren uitschakelt, worden kleuren aan de dichtstbijzijnde kleur toegewezen. Hierdoor wordt het kleurenbereik tijdens het plotten kleiner. U kunt het rasteren altijd inschakelen, of u nu de kleur van het object gebruikt of een plotstijlkleur toewijst.
  
  Convert to Grayscale
  
  Hiermee converteert u de kleuren van het object naar een grijstint als de plotter dit ondersteunt. Als u de optie Convert to Grayscale uitschakelt, worden de RGB-waarden voor objectkleuren gebruikt. U kunt het rasteren altijd inschakelen, of u nu de kleur van het object gebruikt of een plotstijlkleur toewijst.
  
  Use Assigned Pen Number (alleen penplotters)
  
  Hiermee geeft u op welke pen moet worden gebruikt voor het plotten van objecten die deze plotstijl gebruiken. U kunt een pennummer opgeven van 1 tot en met 32. Als de plotstijlkleur is ingesteld op Use Object Color of als u in een kleurafhankelijke-plotstijltabel een plotstijl bewerkt, kunt u het toegewezen pennummer niet wijzigen. In dat geval wordt de waarde Automatic ingesteld.
  
  Als u 0 opgeeft, verandert de inhoud van het veld in Automatic. De gegevens die u in de Plotter Configuration Editor onder Physical Pen Characteristics hebt opgegeven, worden gebruikt om de pen te selecteren die de kleur van het object dat u plot, zo dicht mogelijk benadert.
  
  Virtual Pen Number
  
  Hiermee kunt u een getal tussen 1 en 255 opgeven voor een virtuele pen. Veel plotters zonder pennen kunnen penplotters simuleren door middel van virtuele pennen. Voor veel apparaten kunt u de dikte, het vulpatroon, de eindstijl, de verbindingsstijl en de kleur/screening van de pen programmeren via het bedieningspaneel van de plotter.
  
  Voer 0 of Automatic in om op te geven dat de virtuele-pentoewijzing moet worden uitgevoerd op basis van de AutoCAD Color Index.
  
  De instelling voor virtuele pennen in een plotstijl wordt alleen gebruikt door plotters zonder pennen die zijn geconfigureerd voor virtuele pennen. Door een dergelijke plotter worden alle stijlinstellingen genegeerd en wordt alleen de virtuele pen gebruikt. Als een plotter zonder pennen niet is geconfigureerd voor virtuele pennen, worden de gegevens over de virtuele pen en de fysieke pen genegeerd en worden in plaats daarvan alle andere instellingen gebruikt.
  
  Als u de plotter zonder pennen wilt configureren voor virtuele pennen, gebruikt u de instellingen onder Vector Graphics op het tabblad Device and Document Settings in de PC3 Editor. Selecteer de optie 255 Virtual Pens onder Color Depth.
  
  Screening
  
  Hiermee geeft u de kleurintensiteit waarmee bepaald wordt hoeveel inkt bij het plotten op het papier wordt geplaatst. Het geldige bereik loopt van 0 tot en met 100. Als u 0 selecteert, wordt er geen inkt gebruikt en wordt de kleur dus wit. Als u 100 selecteert, is de intensiteit van de kleur die wordt geplot, het grootst. U kunt de hoeveelheid inkt die op het papier wordt aangebracht (screening), alleen bepalen als de optie Enable Dithering is geselecteerd.
  
  Lijnsoort
  
  Hiermee geeft u een lijst weer met een voorbeeld en beschrijving van elk lijntype. De standaardinstelling voor het plotstijllijntype is Use Object Linetype. Als u een plotstijllijntype toewijst, wordt het lijntype van het object bij het plotten vervangen door het nieuwe lijntype dat u hebt toegewezen.
  
  Adaptive Adjustment
  
  Hiermee past u de schaal van het lijntype zo aan dat er een compleet lijntypepatroon ontstaat. Als u het selectievakje Adaptive Adjustment niet inschakelt, stopt de lijn mogelijk midden in een patroon. Schakel de optie Adaptive Adjustment uit als de schaal van het lijntype belangrijk is. Schakel de optie Adaptive Adjustment in als complete lijntypenpatronen belangrijker zijn dan een juiste schaal van het lijntype.
  
  Lijndikte
  
  Hierin wordt een voorbeeld van de lijndikte met de numerieke waarde van de lijndikte weergegeven. U kunt de numerieke waarde voor elke lijndikte in millimeters opgeven. De standaardinstelling voor de plotstijllijndikte is Use Object Lineweight. Als u een plotstijllijndikte toewijst, wordt de lijndikte van het object bij het plotten vervangen door de nieuwe lijndikte die u hebt toegewezen.
  
  Line End Style
  
  U kunt kiezen uit de volgende opties voor lijneindestijl: Butt, Square, Round, en Diamond. De standaardinstelling voor de stijl van het uiteinde van een lijn is Use Object End Style. Als u een lijneindestijl toewijst, wordt de lijneindestijl van het object tijdens het plotten door deze lijneindestijl vervangen.
  
  Line Join Style
  
  U kunt kiezen uit de volgende opties voor lijnverbindingsstijlen: Miter, Bevel, Round en Diamond. De standaardinstelling voor de lijnverbindingsstijl is Use Object Join Style. Als u een lijnverbindingsstijl toewijst, wordt de lijnverbindingsstijl van het object tijdens het plotten door deze lijnverbindingsstijl vervangen.
  
  Fill Style
  
  U kunt kiezen uit de volgende opties voor vulstijlen: Solid, Checkerboard, Crosshatch, Diamonds, Horizontal Bars, Slant Left, Slant Right, Square Dots en Vertical Bar. De standaardinstelling voor de vulstijl is Use Object Fill Style. Als u een vulstijl toewijst, wordt de vulstijl van het object tijdens het plotten door deze vulstijl vervangen

[Hansie]

Mensen bedankt !!!

nu nog een nederlandse handleiding van Architectural Desktop en ik ben een gelukkig man.

groetjes